Toen we aankwamen op de weide van het BRBF te Peer werd net de eerste band aangekondigd, de uit Nederland afkomstige T-99. Wat me dadelijk opviel was de merkwaardige opstelling, drums vooraan in het midden en daarnaast aan de linkerzijde de gitarist en rechts contrabas. Zo ver ik kon zien waren het nog vrij jonge snaken en hadden ze plezier in wat ze deden. Ondanks dat hun stijl vernieuwend klonk had ik toch ook het gevoel dat er iets ontbrak, een instrument, power? Wat juist weet ik niet maar na enkele nummers kon het mij niet echt meer bekoren. Dan maar even tijd maken om alle bekenden,collega’s en vrienden een handje te schudden en wat bij te praten.
Dat The Electrophonics een feestje kunnen bouwen bewezen ze vorig jaar nog tijdens het Moulin Bluesfestival te Ospel. En in een mum van tijd stond ook in Peer de tent voor een eerste keer in lichterlaaie. Hun aanstekelijke swing zorgde ervoor dat het publiek dadelijk mee was en Stephan Hermsen maakte daar gretig gebruik van om het vuur nog wat meer aan het lont te steken. We kregen een hele resem songs uit hun eerste 2 cd’s maar ook enkele nieuwe songs die op hun binnenkort te verschijnen cd zullen staan. Een band die werkt met blazers heeft bij mij altijd een streepje voor, als alle arrangementen dan ook nog eens zo in elkaar steken dat alles klopt als een plaatje zeg ik dat het echte pro’s zijn. Een eerste bisser onder de naam ‘Your Cash Ain’t Nothing But Trash’ was hier dan zeker terecht op zijn plaats.
Elk jaar weer zorgt de organisatie van het BRBF voor enkele verrassingen en die eerste kwam uit het verre Canada en droeg de naam The Perpetrators. Een drieman sterke band die het grote podium vanaf de eerste seconde tot hun slagveld maakten. We kunnen blijven discussiëren over het feit of het nu blues was of niet, maakt me niet uit, de energie, het enthousiasme de gedrevenheid, alles klopte. Dat de drie heren ook nog eens multi-instrumentalisten zijn hebben ze vlug even bewezen door wisseling van de instrumenten. Af en toe deed een song me wat denken aan Guy Forsyth maar het zijn zeker geen copycats. De bluespuristen zullen waarschijnlijk een eerste maal hun hoofd geschud hebben en richting biertent gelopen zijn. Toch stond de muziektent meer dan behoorlijk vol en zag ik een publiek dat volop genoot van wat deze gasten brachten. Ze komen in het najaar terug naar België en wie hen vrijdag gemist heeft wil ik toch zeggen eens een optreden van hen mee te pikken.
Als afsluiter mochten Walter Broes en de zijnen voor een …tigste maal aantreden en ze hadden beloofd wat vrienden mee te brengen. Persoonlijk ben ik geen fan van hun stijl maar hun laatste cd vaart door andere wateren en kan me dan weer wel bekoren. Gelukkig brachten ze ook veel songs van die nieuwste cd. Maar niet alleen dat zorgde ervoor dat mijn nieuwsgierigheid aangewakkerd bleef, ook het feit dat ze dus een resem vrienden bij hadden. Al dadelijk mocht Ruben Block, onder andere bekend van Triggerfinger, als extra gitarist enkele songs meespelen. Dat Marc Thijs aka Mr T ook zou deelnemen was niet echt een groot geheim te noemen. Maar hij verraste wel vriend en vijand met zijn act de presence en zeker met zijn bluesy reggae versie van ‘I Can’t Stand The Rain’. Hierna mocht Ruben Block een song van CCR inzetten en zijn stem trok als 2 druppels water op die van Fogerty. Helaas ging het hierna wat meer richting pensenkermis met Jan De smet die zich kwam vervoegen. Jan De Smet is goed dat zal ik zeker beamen maar dan wel in zijn Nieuwe Snaar, hier vond ik hem niet echt op zijn plaats. En ook Nathalie Delcroix, zangeres van Laïs, kon me niet bekoren, haar stem klinkt schitterend als ze in koor zingt bij Laïs, helaas solo mist ze volgens mij wat kracht. Maar toch heb ik genoten van wat The Seatsniffers in het geheel brachten en samen met mij vele anderen.
Het voorgerecht is gesoupeerd en was licht verteerbaar, nu op naar het meer gangenmenu van zaterdag en zondag.
Meer foto's : Lady Blue
Blueswalker
Monday, July 14, 2008
BRBF 2008 zaterdag
De jonge bandjes komen als paddenstoelen uit de grond, niet alleen in België maar ook in Nederland. De organisatie van het BRBF haalde alvast één van deze jonge bands naar Peer. The Rhythm Chiefs hadden de eer om dag 2 in gang te trappen en dat deden ze volgens mij met veel overtuiging en enthousiasme. Swing, rock ’n roll en rootsblues maakten allemaal deel uit van hun set en elk genre beheersen deze jonge wolven voortreffelijk. We hebben mogen genieten van een band met toekomst, nu maar hopen dat ze de weg van het succes blijven bewandelen.
Nog zo’n jong talent maar dan met al wat oudere rotten in de gelederen is onzer eigen Jim Cofey. Dat deze band om zaterdag geprogrammeerd stond vind ik een zeer terechte keuze, één omdat deze gasten dat verdienen en ten tweede omdat hun muziek die zijn roots vindt in New Orleans al dadelijk zorgt voor een zuiders en dansbaar tintje. De stem van Patrick Cuyvers en het warme maar soms ook snedige saxgeluid van Igor Maseroli zijn kenmerkend voor deze nog jonge band. Maar ook de percussie van Gert Servaes zorgt voor dat extra zuiders tintje. Volgens mij hebben de heren op de weide in Peer weer een heleboel fans bij vergaard en zorgden ze samen met The Seatsniffers voor de Belgische touch van deze 24ste editie.
Hierna was het tijd voor de Finse schone Erja Lyytinen, ze heeft pas een nieuwe cd ( Grip Of The Blues) uit en komt deze hier samen met haar vaste band aan het grote publiek voorstellen. Ik was al aangenaam verrast van deze nieuwste cd maar had in mijn stoutste dromen niet durven zeggen dat ze live voor zoveel commotie zou gaan zorgen. Al vanaf de eerste song nam ze ons allen bij de strot en die zou ze niet meer loslaten voor de volgende 60 minuten. Al vroeg, de tweede song, kregen we de cover ‘Steamy Windows’ te horen en live klinkt dit nog net iets lekkerder dan op de cd. Natuurlijk mocht ook de titelsong van de cd niet ontbreken en zoals beloofd backstage bracht ze ook nog de cover ‘Rollin’ & Tumblin’. Erja is gegroeid, niet letterlijk maar wel muzikaal. Elke song klinkt meer volwassen en ook haar stem krijgt meer en meer de kleur die ze verdiend. Haar slidewerk was al van hoge klasse toen ik ze enkele jaren terug zag met The Bluescaravan, wel nu is dat slidewerk nog meer haar stempel geworden. Ik heb zelden op de wei in Peer een menigte zo luidkeels om meer horen roepen, helaas zat dat er niet in omdat het tijdschema al wat overschreden was.
Onbekend was voor velen de volgende act genaamd Ryan Shaw, ook voor ondergetekende. Ik kende enkel de song ‘45’ omdat die de laatste weken zowat grijs gedraaid werd op Radio 1. Geopend werd er met een korte song waarna Ryan enkel met bassist Michael ‘Tiny’ Lindsey en drummer Keith McCrae op het podium bleven. Je hoort wel eens een songs enkel begeleid daar wat percussie en gitaar, Ryan deed het anders en verving de gitaar door knap getokkel van de basgitaar. Die bassist zou zich tijdens het optreden nog meermaals in de kijker spelen met zijn funky stijl en virtuositeit. De muziek van Ryan Shaw kan je best omschrijven als disco uit de jaren ’70, m.a.w. zeer dansbaar en meerstemmig. Helaas kwamen de stemmen van gitarist en bassist niet echt goed door maar de stem, en wat een stem, van Ryan dan weer wel. Helaas konden we het optreden niet helemaal uitzitten daar we nog een gesprekje hadden met Erja Lyytinen.
Watermelon Slim & The Workers is momenteel hotter than hot in de blueswereld en mocht dus ook niet ontbreken op de affiche van het BRBF. Vreemd hoe een beroerte een mens kan veranderen, Watermelon Slim besliste in elk geval na zijn beroerte in 2002 enkel nog dat te doen wat hij graag deed en dat is muziek maken. En wij prijzen ons gelukkig dat hij die beslissing heeft genomen. In de 6 jaar na die beslissing bracht hij al 4 pareltjes van cd’s uit en uit wij mochten van elke cd wel wat songs horen maar toch met een merendeel uit zijn laatste cd ‘The Wheel Man’ welke dateert van vorig jaar. Watermelon Slim speelt slide op een dobro die voor hem ligt op een statief en ondertussen zingt hij over Vietnam, politiek en de tentondergaande economie. Maar hij is ook een meer dan voortreffelijk bluesharpist. Het publiek hing aan zijn lippen en elke song zorgde ervoor dat het publiek nog meer in vervoering raakte. Nadien, tijdens een gesprek met Watermelon Slim, konden we pas echt constateren hoe begaan hij is met wat er in de wereld gebeurd.
Van kwart na zeven tot zowat half negen was het podium eigendom van de uit New York afkomstige Dana Fuchs. En ze benutte dan ook elke centimeter van dat podium ten volle, dartelend als een hinde dan weer stoer als een tomboy ging ze over en weer. Mij deed ze met momenten denken aan David Coverdale, haar lang krullend haar en hoe ze daarmee heftig schudde maar ook haar lenigheid en souplesse. Haar stem dan was rauw en vol energie, en zoals al vermeld in het programmaboekje deed bij wijlen denken aan Janis joplin. Met elke song voerde ze het tempo nog meer op en ging ze richting climax, dit samen met haar vaste gitarist John Diamond en de interim begeleidingsband uit Nederland. Songs als ‘Bad Seed’, ‘Cool Enough’ en ‘Misery’ ( allen van haar cd Live in NY ) gingen er in als zoete broodjes en ik ben er zeker van dat deze dame in de toekomst nog meer de oversteek zal maken. Dana fuchs is als een orkaan, zwoel en vol energie, ze komt, overwint en laat je verslagen achter. WOW!!! Ook hier hadden we achteraf een aangenaam gesprek mee.
Door het laat wegvallen van Alvin lee wegens gezondheidsredenen kreeg de organisatie de moeilijke taak een vervanger te vinden en wat te schuiven met de programatie. Dat zoiets geen makkelijke klus is kan elke andere organisatie wel beamen. Maar ze vonden in Mali Tinariwen, een gekleurd en gesluierd gezelschap recht uit de Sahara. Het podium stond dan ook een eerste keer tijdens deze editie meer dan vol. Met enkel wat gitaren en percussie maar wel veel zang brachten deze heren en dames hun versie van de blues. Ik kan me best voorstellen dat hun muziek in de zuiderse regionen zorgt voor een heus volksfeest en dat iedereen dan meezingt en dans helaas kregen ze de menigte in Peer “nog” niet zover. Verdeelde meningen dan ook tijdens en na hun optreden maar dat heb je altijd als het niet klinkt zoals je verwacht dat het hoort te klinken.
Nog één act te gaan en die act zorgt voor wat nostalgie op de Peerse weide, we zagen dan ook veel fans van het eerste uur maar toch ook veel jonge nieuwsgierigen. Iedereen zal wel eens gehoord hebben van Little Feat en na zaterdag vergeet niemand deze naam nog. Een band die al meer dan veertig !! jaar muziek maakt, zij het wel met een hele resem wisselingen in bezetting. Toch zitten er ook enkele al van zowat de beginperiode aan het roer en het zijn die enkelingen die ervoor zorgen dat deze band blijft gaan. Paul Barrere, eerst als bassist, neemt het merendeel van de zang voor zijn rekening en speelt nu al heel wat jaren gitaar in de band. Maar ook Fred Tackett mag zich regelmatig laten horen en natuurlijk ook Bill Payne op keyboard. Muzikaal klinkt alles nog lekker en zit er niet echt sleet op de formule helaas miste ik enthousiasme en samenspel op het podium. De geschiedenis van Little Feat wordt uit de doeken gedaan door Paul Barrere tijdens ons gesprek met hem.
Voor ons zit de zaterdag er iets na middernacht op en schrijven we nog vlug enkele besluiten neer. Jonge wolven uit Nederland, een goede vertegenwoordiging van België en enkele aangename verrassingen maakten van de zaterdag dat het festival al grotendeels niet meer stuk kan.
Meer foto's : Lady Blue
Blueswalker
Nog zo’n jong talent maar dan met al wat oudere rotten in de gelederen is onzer eigen Jim Cofey. Dat deze band om zaterdag geprogrammeerd stond vind ik een zeer terechte keuze, één omdat deze gasten dat verdienen en ten tweede omdat hun muziek die zijn roots vindt in New Orleans al dadelijk zorgt voor een zuiders en dansbaar tintje. De stem van Patrick Cuyvers en het warme maar soms ook snedige saxgeluid van Igor Maseroli zijn kenmerkend voor deze nog jonge band. Maar ook de percussie van Gert Servaes zorgt voor dat extra zuiders tintje. Volgens mij hebben de heren op de weide in Peer weer een heleboel fans bij vergaard en zorgden ze samen met The Seatsniffers voor de Belgische touch van deze 24ste editie.
Hierna was het tijd voor de Finse schone Erja Lyytinen, ze heeft pas een nieuwe cd ( Grip Of The Blues) uit en komt deze hier samen met haar vaste band aan het grote publiek voorstellen. Ik was al aangenaam verrast van deze nieuwste cd maar had in mijn stoutste dromen niet durven zeggen dat ze live voor zoveel commotie zou gaan zorgen. Al vanaf de eerste song nam ze ons allen bij de strot en die zou ze niet meer loslaten voor de volgende 60 minuten. Al vroeg, de tweede song, kregen we de cover ‘Steamy Windows’ te horen en live klinkt dit nog net iets lekkerder dan op de cd. Natuurlijk mocht ook de titelsong van de cd niet ontbreken en zoals beloofd backstage bracht ze ook nog de cover ‘Rollin’ & Tumblin’. Erja is gegroeid, niet letterlijk maar wel muzikaal. Elke song klinkt meer volwassen en ook haar stem krijgt meer en meer de kleur die ze verdiend. Haar slidewerk was al van hoge klasse toen ik ze enkele jaren terug zag met The Bluescaravan, wel nu is dat slidewerk nog meer haar stempel geworden. Ik heb zelden op de wei in Peer een menigte zo luidkeels om meer horen roepen, helaas zat dat er niet in omdat het tijdschema al wat overschreden was.
Onbekend was voor velen de volgende act genaamd Ryan Shaw, ook voor ondergetekende. Ik kende enkel de song ‘45’ omdat die de laatste weken zowat grijs gedraaid werd op Radio 1. Geopend werd er met een korte song waarna Ryan enkel met bassist Michael ‘Tiny’ Lindsey en drummer Keith McCrae op het podium bleven. Je hoort wel eens een songs enkel begeleid daar wat percussie en gitaar, Ryan deed het anders en verving de gitaar door knap getokkel van de basgitaar. Die bassist zou zich tijdens het optreden nog meermaals in de kijker spelen met zijn funky stijl en virtuositeit. De muziek van Ryan Shaw kan je best omschrijven als disco uit de jaren ’70, m.a.w. zeer dansbaar en meerstemmig. Helaas kwamen de stemmen van gitarist en bassist niet echt goed door maar de stem, en wat een stem, van Ryan dan weer wel. Helaas konden we het optreden niet helemaal uitzitten daar we nog een gesprekje hadden met Erja Lyytinen.
Watermelon Slim & The Workers is momenteel hotter than hot in de blueswereld en mocht dus ook niet ontbreken op de affiche van het BRBF. Vreemd hoe een beroerte een mens kan veranderen, Watermelon Slim besliste in elk geval na zijn beroerte in 2002 enkel nog dat te doen wat hij graag deed en dat is muziek maken. En wij prijzen ons gelukkig dat hij die beslissing heeft genomen. In de 6 jaar na die beslissing bracht hij al 4 pareltjes van cd’s uit en uit wij mochten van elke cd wel wat songs horen maar toch met een merendeel uit zijn laatste cd ‘The Wheel Man’ welke dateert van vorig jaar. Watermelon Slim speelt slide op een dobro die voor hem ligt op een statief en ondertussen zingt hij over Vietnam, politiek en de tentondergaande economie. Maar hij is ook een meer dan voortreffelijk bluesharpist. Het publiek hing aan zijn lippen en elke song zorgde ervoor dat het publiek nog meer in vervoering raakte. Nadien, tijdens een gesprek met Watermelon Slim, konden we pas echt constateren hoe begaan hij is met wat er in de wereld gebeurd.
Van kwart na zeven tot zowat half negen was het podium eigendom van de uit New York afkomstige Dana Fuchs. En ze benutte dan ook elke centimeter van dat podium ten volle, dartelend als een hinde dan weer stoer als een tomboy ging ze over en weer. Mij deed ze met momenten denken aan David Coverdale, haar lang krullend haar en hoe ze daarmee heftig schudde maar ook haar lenigheid en souplesse. Haar stem dan was rauw en vol energie, en zoals al vermeld in het programmaboekje deed bij wijlen denken aan Janis joplin. Met elke song voerde ze het tempo nog meer op en ging ze richting climax, dit samen met haar vaste gitarist John Diamond en de interim begeleidingsband uit Nederland. Songs als ‘Bad Seed’, ‘Cool Enough’ en ‘Misery’ ( allen van haar cd Live in NY ) gingen er in als zoete broodjes en ik ben er zeker van dat deze dame in de toekomst nog meer de oversteek zal maken. Dana fuchs is als een orkaan, zwoel en vol energie, ze komt, overwint en laat je verslagen achter. WOW!!! Ook hier hadden we achteraf een aangenaam gesprek mee.
Door het laat wegvallen van Alvin lee wegens gezondheidsredenen kreeg de organisatie de moeilijke taak een vervanger te vinden en wat te schuiven met de programatie. Dat zoiets geen makkelijke klus is kan elke andere organisatie wel beamen. Maar ze vonden in Mali Tinariwen, een gekleurd en gesluierd gezelschap recht uit de Sahara. Het podium stond dan ook een eerste keer tijdens deze editie meer dan vol. Met enkel wat gitaren en percussie maar wel veel zang brachten deze heren en dames hun versie van de blues. Ik kan me best voorstellen dat hun muziek in de zuiderse regionen zorgt voor een heus volksfeest en dat iedereen dan meezingt en dans helaas kregen ze de menigte in Peer “nog” niet zover. Verdeelde meningen dan ook tijdens en na hun optreden maar dat heb je altijd als het niet klinkt zoals je verwacht dat het hoort te klinken.
Nog één act te gaan en die act zorgt voor wat nostalgie op de Peerse weide, we zagen dan ook veel fans van het eerste uur maar toch ook veel jonge nieuwsgierigen. Iedereen zal wel eens gehoord hebben van Little Feat en na zaterdag vergeet niemand deze naam nog. Een band die al meer dan veertig !! jaar muziek maakt, zij het wel met een hele resem wisselingen in bezetting. Toch zitten er ook enkele al van zowat de beginperiode aan het roer en het zijn die enkelingen die ervoor zorgen dat deze band blijft gaan. Paul Barrere, eerst als bassist, neemt het merendeel van de zang voor zijn rekening en speelt nu al heel wat jaren gitaar in de band. Maar ook Fred Tackett mag zich regelmatig laten horen en natuurlijk ook Bill Payne op keyboard. Muzikaal klinkt alles nog lekker en zit er niet echt sleet op de formule helaas miste ik enthousiasme en samenspel op het podium. De geschiedenis van Little Feat wordt uit de doeken gedaan door Paul Barrere tijdens ons gesprek met hem.
Voor ons zit de zaterdag er iets na middernacht op en schrijven we nog vlug enkele besluiten neer. Jonge wolven uit Nederland, een goede vertegenwoordiging van België en enkele aangename verrassingen maakten van de zaterdag dat het festival al grotendeels niet meer stuk kan.
Meer foto's : Lady Blue
Blueswalker
BRBF 2008 Zondag
De laatste dag hebben we nog voor de boeg en vermoeidheid, of is het ouderdom? , begint niet alleen bij mij parten te spelen. Alvorens we de weide betreden maken we eerst een tussenstop op de camping aan het zwemband voor een kleine brunch samen met gelijkgestemde zielen. Omstreeks 12:15 komen we op de weide toe en al dadelijk worden we meegesleept door de energieke blues van Big Blind. Nog zo’n bende jonge wolven, alleen halen deze hun mosterd bij niemand minder dan Lester Butler. M.a.w. rauwe, vettige rechttoe rechtaan blues met een hoofdrol weg gelegd voor bluesharp en gitaar. Volgens mij waren de jongens zelf aangenaam verrast van het effect die hun muziek teweeg bracht op dit vroege uur. Een gesprek met hen kunnen jullie hier lezen.
Peer, are you ready for the final day? Nog zeven namen te gaan en dat zit deze 24ste editie er al weer op helaas maar zover is het nog niet. Eerst moeten we nog de Key Frances Band passeren en die gaat dat zeker niet zonder slag of stoot laten gebeuren. Hij krijgt van mij alvast de prijs van uniekste verschijning on stage, gelukkig heeft mijn kapper wat meer ervaring. Maar we zijn hier niet op een modedefilé, gelukkig draait het hier vooral om de muziek en die kon me wel bekoren. Lekkere vettige blues met regelmatig een knipoog richting funk, af en toe wat grappen en grollen en vooral blijven bewegen is het motto van deze band. We zagen ook nog percussionist Gert Servaes die het geheel nog meer elan gaf.
Jon Cleary voorstellen zou eigelijk niet meer nodig mogen zijn, we kennen hem waarschijnlijk allemaal van zijn werk bij Bonnie Raitt. Het is niet alleen een klasse pianist maar hij beschikt ook nog eens over een paar stembanden om U tegen te zeggen. De man, afkomstig uit Engeland, woont al zowat heel zijn leven in New Orleans en dat kan je dan ook horen aan zijn muziek. Zuiders met uitstapjes richting soul en funk, we waanden ons even aan de overzijde van de grote plas. Geen tijd voor zware depressieve songs maar des temeer tijd voor party & goodtime songs. Voortreffelijk gitaarwerk en regelmatig funky baspartijen vlogen ons om de oren, Cleary is geen egotripper maar gunt elke muzikant een merendeel van de show. Zijn gesprek met ons.
Tijdens het optreden van Marc Broussard hebben we even de tijd genomen om wat te eten en ons zo te sterken voor wat er nog volgt.
Het podium werd opgebouwd voor Thorbjorn Risager en ik zag alweer koperwerk verschijnen, yes yes, dat beloofd. Deze Denen mochten al een cd opnemen met onzer eigen Marc Thijs en dat hebben ze ons toch nog even laten weten. Lekkere swing, jump blues met natuurlijk knappe arrangementen en daarbovenop een stem die lekker rauw klinkt. Zou dit dé verrassing van het weekend zijn? Wat mij betreft zijn ze genomineerd maar laat de massa daar maar over beslissen. En de massa ging uit z’n dak, genoot, joelde, danste en genoot nog meer. Deze heren weten een feestje te bouwen en dat gaan ze zonder twijfel nogmaals bewijzen in augustus tijdens (Ge)Varenwinkel bluesfestival. Een must see !!!!
Ian Siegal drie maal boeken in vijf jaar lokt natuurlijk reacties uit, dat weten ze in Peer ook maar het is inderdaad zo dat de man met zijn laatste cd Swagger overal ter wereld potten breekt. Hij loopt al sinds mei met enkele gekneusde ribben maar zijn drukke agenda kunnen hem niet tot rust dwingen. In Ospel was hij niet in goeden doen maar op de weide in Peer gaf hij weer als vanouds van leer. Kwatongen beweren dat de man geen lang leven beschoren is en er doen ook al geruchten de ronden dat zich leverproblemen beginnen voor te doen. Maar voor Ian Siegal is het leven één groot feest en bij dat feest horen nu eenmaal muziek, whisky en feesten. Aangezien zijn vaste drummer er niet kon bijzijn, de man was pas vader geworden, mocht Alain Bodry plaatsnemen achter de drums. En dat was toch wel even wennen want Ian Siegal brengt elke song weer net iets anders dan de avond ervoor. Als begeleiders hoor je dan ook constant de man met argusogen te volgen en het is net dat wat ervoor zorgt dat zijn muziek zo geliefd is. Zijn teksten kunnen ook al eens wijzigen en hij zingt wat er op dat moment bij hem door het hoofd sluipt, wie goed geluisterd heeft naar ‘Sugar Rush’ kan dat beamen. Dat de organisatie Big Blind als opener op zondag had geplaatst gaf Ian de gelegenheid om Wesley van Werkhoven weer even het podium op te roepen om een song mee te blazen. Zo werd de song ‘Backdoor man’ lekker lang uitgesponnen en kregen we een knap staaltje improvisatie te horen. Ook al waren er vooraf kritieken toch wezen alle neuzen weer een heel concert lang richting podium en werd er uit volle borst bis geroepen toen het weer eens te vroeg afgelopen was.
Het toch al vrij grote podium van Peer bleek bijna nog te klein te zijn voor het gevolg dat Jools Holland met zich had meegebracht. Niet alleen zijn Rhythm & blues Orchestra maar ook nog eens 3 gasten die luisteren naar namen als Marc Almond, Ruby Turner en Louise Marshall. Al vlug zag je ook dat het gedeelte genaamd frontstage begon vol te lopen met prominenten, denk toch aan je oren mensen. Maar ik kan hen ook wel grotendeel begrijpen, Jools Holland moet je gezien hebben en zeker gehoord. De man is niet alleen bekand van zijn talkshow maar het is algemeen geweten dat hij een groot muzikant en pianist is. Maar hij kan ook overweg met de gitaar al heeft hij dat helaas maar in een song bewezen. Het merendeel van de show was weggelegd voor de imposante verschijning Ruby Turner. Ook zij is geen onbekende in de muziekwereld, doe maar eens wat opzoeking mensen. Ook kregen we het nummer ‘Tainted Love’ te horen, hoe kan het ook anders al je Marc Almond als gast uitnodigt. Dit was een big band show om duimen en vingers van af te likken, niet enkel wat arrangementen betreft maar ook nog eens i.v.m. het vocale gedeelte waarvan we mochten genieten.
Als afsluiter koos de organisatie om Solomon Burke nog eens naar Peer te halen, het was tenslotte al 5 jaar geleden. Zijn show was zowat het zelfde opgezet als die vorige keer, zij het dit maal met mooie vrouwelijke violisten i.p.v. Ana Popovic op gitaar en als gaste. Solomon Burke zit nog altijd in het midden van het podium, vooraan op zijn troon. Zijn kleindochters nog steeds aan één zijde en behulpzaam helpend, zweet deppend en natuurlijk niet vergeten, de rozen uitdelen, enkel aan de dames. We kregen alweer een ode aan vergane glories en veel bekend werk. Songs als ‘Sitting On The Dock Of The Bay’, ‘Can’t Stop Loving you’, de jongste kleindochter die ‘I Will Survice’ ten gehore bracht etc. Onderweg naar de wagen hoorden we nog de rock ’n roll medley met o.a. ‘Proud Mary’, ‘Lucille’ en ‘Good Golly Miss Molly’.
Peer, are you ready for the final day? Nog zeven namen te gaan en dat zit deze 24ste editie er al weer op helaas maar zover is het nog niet. Eerst moeten we nog de Key Frances Band passeren en die gaat dat zeker niet zonder slag of stoot laten gebeuren. Hij krijgt van mij alvast de prijs van uniekste verschijning on stage, gelukkig heeft mijn kapper wat meer ervaring. Maar we zijn hier niet op een modedefilé, gelukkig draait het hier vooral om de muziek en die kon me wel bekoren. Lekkere vettige blues met regelmatig een knipoog richting funk, af en toe wat grappen en grollen en vooral blijven bewegen is het motto van deze band. We zagen ook nog percussionist Gert Servaes die het geheel nog meer elan gaf.
Jon Cleary voorstellen zou eigelijk niet meer nodig mogen zijn, we kennen hem waarschijnlijk allemaal van zijn werk bij Bonnie Raitt. Het is niet alleen een klasse pianist maar hij beschikt ook nog eens over een paar stembanden om U tegen te zeggen. De man, afkomstig uit Engeland, woont al zowat heel zijn leven in New Orleans en dat kan je dan ook horen aan zijn muziek. Zuiders met uitstapjes richting soul en funk, we waanden ons even aan de overzijde van de grote plas. Geen tijd voor zware depressieve songs maar des temeer tijd voor party & goodtime songs. Voortreffelijk gitaarwerk en regelmatig funky baspartijen vlogen ons om de oren, Cleary is geen egotripper maar gunt elke muzikant een merendeel van de show. Zijn gesprek met ons.
Tijdens het optreden van Marc Broussard hebben we even de tijd genomen om wat te eten en ons zo te sterken voor wat er nog volgt.
Het podium werd opgebouwd voor Thorbjorn Risager en ik zag alweer koperwerk verschijnen, yes yes, dat beloofd. Deze Denen mochten al een cd opnemen met onzer eigen Marc Thijs en dat hebben ze ons toch nog even laten weten. Lekkere swing, jump blues met natuurlijk knappe arrangementen en daarbovenop een stem die lekker rauw klinkt. Zou dit dé verrassing van het weekend zijn? Wat mij betreft zijn ze genomineerd maar laat de massa daar maar over beslissen. En de massa ging uit z’n dak, genoot, joelde, danste en genoot nog meer. Deze heren weten een feestje te bouwen en dat gaan ze zonder twijfel nogmaals bewijzen in augustus tijdens (Ge)Varenwinkel bluesfestival. Een must see !!!!
Ian Siegal drie maal boeken in vijf jaar lokt natuurlijk reacties uit, dat weten ze in Peer ook maar het is inderdaad zo dat de man met zijn laatste cd Swagger overal ter wereld potten breekt. Hij loopt al sinds mei met enkele gekneusde ribben maar zijn drukke agenda kunnen hem niet tot rust dwingen. In Ospel was hij niet in goeden doen maar op de weide in Peer gaf hij weer als vanouds van leer. Kwatongen beweren dat de man geen lang leven beschoren is en er doen ook al geruchten de ronden dat zich leverproblemen beginnen voor te doen. Maar voor Ian Siegal is het leven één groot feest en bij dat feest horen nu eenmaal muziek, whisky en feesten. Aangezien zijn vaste drummer er niet kon bijzijn, de man was pas vader geworden, mocht Alain Bodry plaatsnemen achter de drums. En dat was toch wel even wennen want Ian Siegal brengt elke song weer net iets anders dan de avond ervoor. Als begeleiders hoor je dan ook constant de man met argusogen te volgen en het is net dat wat ervoor zorgt dat zijn muziek zo geliefd is. Zijn teksten kunnen ook al eens wijzigen en hij zingt wat er op dat moment bij hem door het hoofd sluipt, wie goed geluisterd heeft naar ‘Sugar Rush’ kan dat beamen. Dat de organisatie Big Blind als opener op zondag had geplaatst gaf Ian de gelegenheid om Wesley van Werkhoven weer even het podium op te roepen om een song mee te blazen. Zo werd de song ‘Backdoor man’ lekker lang uitgesponnen en kregen we een knap staaltje improvisatie te horen. Ook al waren er vooraf kritieken toch wezen alle neuzen weer een heel concert lang richting podium en werd er uit volle borst bis geroepen toen het weer eens te vroeg afgelopen was.
Het toch al vrij grote podium van Peer bleek bijna nog te klein te zijn voor het gevolg dat Jools Holland met zich had meegebracht. Niet alleen zijn Rhythm & blues Orchestra maar ook nog eens 3 gasten die luisteren naar namen als Marc Almond, Ruby Turner en Louise Marshall. Al vlug zag je ook dat het gedeelte genaamd frontstage begon vol te lopen met prominenten, denk toch aan je oren mensen. Maar ik kan hen ook wel grotendeel begrijpen, Jools Holland moet je gezien hebben en zeker gehoord. De man is niet alleen bekand van zijn talkshow maar het is algemeen geweten dat hij een groot muzikant en pianist is. Maar hij kan ook overweg met de gitaar al heeft hij dat helaas maar in een song bewezen. Het merendeel van de show was weggelegd voor de imposante verschijning Ruby Turner. Ook zij is geen onbekende in de muziekwereld, doe maar eens wat opzoeking mensen. Ook kregen we het nummer ‘Tainted Love’ te horen, hoe kan het ook anders al je Marc Almond als gast uitnodigt. Dit was een big band show om duimen en vingers van af te likken, niet enkel wat arrangementen betreft maar ook nog eens i.v.m. het vocale gedeelte waarvan we mochten genieten.
Als afsluiter koos de organisatie om Solomon Burke nog eens naar Peer te halen, het was tenslotte al 5 jaar geleden. Zijn show was zowat het zelfde opgezet als die vorige keer, zij het dit maal met mooie vrouwelijke violisten i.p.v. Ana Popovic op gitaar en als gaste. Solomon Burke zit nog altijd in het midden van het podium, vooraan op zijn troon. Zijn kleindochters nog steeds aan één zijde en behulpzaam helpend, zweet deppend en natuurlijk niet vergeten, de rozen uitdelen, enkel aan de dames. We kregen alweer een ode aan vergane glories en veel bekend werk. Songs als ‘Sitting On The Dock Of The Bay’, ‘Can’t Stop Loving you’, de jongste kleindochter die ‘I Will Survice’ ten gehore bracht etc. Onderweg naar de wagen hoorden we nog de rock ’n roll medley met o.a. ‘Proud Mary’, ‘Lucille’ en ‘Good Golly Miss Molly’.
Editie 24 zit erop en we hebben er met volle teugen van genoten, de weergoden waren van de partij en we zagen alleen maar blijde gezichten. Zeker de moeite om nog eens naar Peer te halen in de toekomst zijn volgens ons, Erja Lyytinen, Watermelon Slim, The Perpetrators, Dana Fuchs, Throrbjorn Risager en Jon Cleary. We kijken alvast uit naar de verrassing die ze, naar eigen zeggen, voor ons in petto hebben volgend jaar. Bedankt aan de hele organisatie en alle medewerkers voor een meer dan aangenaam weekend.
Meer foto's: Lady Blue
Blueswalker
Sunday, July 06, 2008
Hookrock 2008
5 juli en de eerste zaterdag van juli, m.a.w. tijd voor Hookrock in Diepenbeek. Voor het tweede jaar op rij werd er besloten een grote tent te plaatsen en dat was een slimme keuze want het Belgische weer speelde weer even parten. Dat Hookrock een programmatie hanteert die niet alledaags is mag ondertussen wel geweten zijn. Zo gaan ze meestal van start met muziek die zich vooral leent voor line-dancing ( een soort dans in groep ) maar is er ook altijd weer een groot deel van het programma voorzien van toppers uit de blueswereld.
Om 14h mocht de aftrap gegeven worden door Route 66, een countryband uit België met toch ook 2 Nederlanders in hun gelid. De band bestaat al meer dan 10 jaar en dat hoor je ook aan hun samenspel en zie je aan hoe ze elkaar aanvoelen. Waar in de blueswereld een band weet dat ze goed bezig zijn aan de hand van het applaus en fluitconcerten tijdens goede soli is dat in de countrywereld net iets anders, als er dansers op de vloer bezig zijn dan is het goed. En geloof me, er werd uitvoerig gedanst tijdens elke song die de band bracht gedurende anderhalf uur.
De volgende band was eigelijk speciaal voor deze editie in elkaar geknutseld en draaide rond spilfiguur Deep Creek Luke. En de naam alleen al wijst er ook hier weer op dat we te maken hebben met meer countrygetinte muziek. Toch was hun country meer toegankelijk voor het bredere publiek en konden we meer spreken van coutry-rock. Voor een band die nooit echt heeft samengespeeld op een groot podium moet ik zeggen dat deze heren het er toch goed vanaf brachten, ondanks het wat nerveus getreuzel voor de start. En ze brachten zelfs enkele songs die het vroegtijdige bluespubliek bekend in de oren klonken en konden bekoren.
Nadien mochten we, tijdens het ombouwen tussen 2 gigs, even genieten van een korte akoustische set gebracht door een zekere John Fuck From Texas, beter gekend Jan Poppe. In de korte tijd die de man kreeg boog hij de sfeer van country om naar meer blues en dat was dan ook de bedoeling. Helaas ging zijn gitaarspel wat verloren in het geroezemoes van het ombouwen maar ik kan jullie wel vertellen dat de man een toch wel goede stem bezit.
Nu was het tijd voor de jongere generatie en aan hen om te tonen wat ze waard zijn. The Rhythm Beats bestaat uit muzikanten met een gemiddelde leeftijd van 17 jaar en zelfs tijdens 1 song mocht de 10 jarige Gille Gijbels even fungeren als gastmuzikant op de gitaar. En dat gastje gaat volgens mij zeker nog potten, of harten, breken in de toekomst. the Rhythm Beats brengen een mengelmoes van blues doorspekt met soul, rock en funk al moet ik eerlijk bekennen dat ik weinig echte blues heb gehoord. Toch kon hetgeen dit vijftal jonge muzikanten bracht mij bekoren, ook vooral vanwege het enthousiasme en de flair waarmee ze hun nummers op het publiek loslieten. Alles werd netjes in banen geleidt door de vlot bewegende bassist Senne en heel de band wist waarmee ze bezig waren. Even werden we getrakteerd op een dubbel drumsolo van Jeffrey samen met vader Mark Gijbels ( juist ja, die Mark Gijbels ). En geloof me, zoon moet niet onder doen voor vader, de appel valt niet ver van de boom. Wat show betreft, daar hebben deze jongens en één meisje toch wel goed aan gewerkt, zo mochten we ook even genieten van een subliem stukje basgitaar spelen met drumstokken. Zangeres Lauren beschikt ook over een paar goede stembanden al moet ze toch wat opletten met het uithalen van de hoge noten maar ik ben er van overtuigd dat dàt in de toekomst wel snor komt.
Na de tweede generatie was het nu tijd aan de eerste generatie, althans wat drummers betreft. Want wie bespeeld de potten en pannen bij The Rhythm Bombs? Juist ja, niemand minder dan Mark Gijbels. Deze band nog voorstellen is verloren moeite, ze speelden al zowat op elk podium in België en ver daarbuiten in de 10 jaar dat ze bestaan. In het najaar gaan ze eindelijk een langverwachte nieuwe cd uitbrengen en dat wordt een, volgens mij, live pareltje met ook tal van nieuwe songs. Een optreden van The Rhythm Bombs is telkens weer een feestje op zich en de heren weten perfect hoe dat feestje te delen met het talrijk aanwezige publiek. Shuffle, swing en R & B, deze heren weten met elk genre uit de blueswereld wel hun plan te trekken. Niet verwonderlijk dan ook dat hier een eerste bisnummer op de plaats was.
Als je moet aantreden na een wervelend optreden van The Rhythm Bombs dan weet je als band dat je een moeilijk klus krijgt voorgeschoteld, zou dit de Zweedse heren van Simon Crashley & The Roadmasters ook parten hebben gespeeld? Joost mag het weten, mij kon het plat repertoire van deze 4 heren totaal niet bekoren en ik had eigelijk toch wel heel wat anders verwacht. Ell nummer klonk zowat hetzelfde en de accordeon ging niet diep zoals een accordeon diep hoort te gaan in de blues ( lees cajun,zydeco ). Nummer na nummer zag je dan ook het publiek richting luchtje scheppen gaan en nummer na nummer kreeg elke song nog minder schwung. Ik denk niet dat deze Zweden nog vlug terug naar België worden gehaald.
Maar na regen komt gelukkig weer zonneschijn of na Simon Crashley komt Nico Wayne Toussaint. De man is weer bezig aan een monstertour die hem van Nigeria doorheen Spanje met een tussenstop in België weer naar Frankrijk leidt. Geheel in het wit gekleed komt de Fransoos het podium op alsof hij ons anderhalf uur gaat trachten te bekeren voor wie nog niet bekeerd is. Al meteen stak hij het lont aan het vuur en greep hij een volle tent bij de strot met enkele songs uit zijn laatste cd Southern Wind Blowin’. Via eigen nummers en covers bracht hij ons steeds meer en meer in trance en werd de temperatuur steeds een graadje meer. Zowel Nico als spring in het veld Henri “Rax” Lacour benutte elke vierkante cm op het podium waardoor ze al snel serieus in het zweet stonden. De band trakteerde ons nog op enkele traditionals zoals ‘Just A Fool’ van Little Walter en het vooral van The Bluesbrothers gekende ‘Cheaper To Keep Her’. Te snel was deze sublieme act voorbij en bleef alles nog wat nazinderen dankzij hun bisnummer ‘Hip Shake Babe’.
Even na middernacht mochten The Nimmo Brothers de aftrap van hun (volgens ze zelf beweren ) laatste optreden geven. Als je weet dat deze broertjes, zeg maar gerust broers, uit Schotland komen dan weten de meeste ook meteen uit welk vaatje deze heren hun blues tappen. Blues met een hoog rockgehalte, heel wat pedaaltjes en beiden een Gibsongitaar om de hals. Het werd stomen geblazen,van de eerste tot de laatste seconde gingen beide broers en hun ritmesectie er voor 200% tegenaan. Je houdt van deze muziek of niet, wanneer ik in stemming ben zoals ik was dan kan het mij wel bekoren. Onder het publiek natuurlijk veel kenners waaronder ook tal van Noorderburen tot zelfs ver over de grens. Elke song werd voorzien van vlijmscherpe gitaarsolo’s maar toch zat er in elke song ook wel een dosis gevoel en dat maakt hun songs nu net dat ietsepietsie anders. We hebben de eerste bissers nog weten aanzetten omstreeks 1:30h daarna toch maar besloten richting huiswaarts te keren want we hadden een lange dag achter ons liggen.
Laat ik zeker ook niet vergeten melding te maken van de band die voor de pauzemuziek zorgde, de uit Nederland afkomstige Royal Rags. Tot vier maal toe mochten ze het kleine podium achterin de tent betreden voor +/- 20 minuten om het publiek te entertainen met hun Rockabilly tijdens het opbouwen van de mainstage.
Hookrock 2008 was weer een stap voorwaarts en Ivan en de zijnen mogen zich op de borst kloppen, ze hebben schitterend werk geleverd met deze affiche. Achter de coulisse heb ik vernomen dat er ook weer grootste dingen op touw staan voor editie 2009 maar dat is nog wat ver om nu al naar uit te kijken, eerst moeten we nog tal van andere festivals passeren.
In elk geval bedankt aan de hele organisatie voor het warme onthaal en de uitstekende verzorging.
Meer foto's: Lady Blue
blueswalker
Om 14h mocht de aftrap gegeven worden door Route 66, een countryband uit België met toch ook 2 Nederlanders in hun gelid. De band bestaat al meer dan 10 jaar en dat hoor je ook aan hun samenspel en zie je aan hoe ze elkaar aanvoelen. Waar in de blueswereld een band weet dat ze goed bezig zijn aan de hand van het applaus en fluitconcerten tijdens goede soli is dat in de countrywereld net iets anders, als er dansers op de vloer bezig zijn dan is het goed. En geloof me, er werd uitvoerig gedanst tijdens elke song die de band bracht gedurende anderhalf uur.
De volgende band was eigelijk speciaal voor deze editie in elkaar geknutseld en draaide rond spilfiguur Deep Creek Luke. En de naam alleen al wijst er ook hier weer op dat we te maken hebben met meer countrygetinte muziek. Toch was hun country meer toegankelijk voor het bredere publiek en konden we meer spreken van coutry-rock. Voor een band die nooit echt heeft samengespeeld op een groot podium moet ik zeggen dat deze heren het er toch goed vanaf brachten, ondanks het wat nerveus getreuzel voor de start. En ze brachten zelfs enkele songs die het vroegtijdige bluespubliek bekend in de oren klonken en konden bekoren.
Nadien mochten we, tijdens het ombouwen tussen 2 gigs, even genieten van een korte akoustische set gebracht door een zekere John Fuck From Texas, beter gekend Jan Poppe. In de korte tijd die de man kreeg boog hij de sfeer van country om naar meer blues en dat was dan ook de bedoeling. Helaas ging zijn gitaarspel wat verloren in het geroezemoes van het ombouwen maar ik kan jullie wel vertellen dat de man een toch wel goede stem bezit.
Nu was het tijd voor de jongere generatie en aan hen om te tonen wat ze waard zijn. The Rhythm Beats bestaat uit muzikanten met een gemiddelde leeftijd van 17 jaar en zelfs tijdens 1 song mocht de 10 jarige Gille Gijbels even fungeren als gastmuzikant op de gitaar. En dat gastje gaat volgens mij zeker nog potten, of harten, breken in de toekomst. the Rhythm Beats brengen een mengelmoes van blues doorspekt met soul, rock en funk al moet ik eerlijk bekennen dat ik weinig echte blues heb gehoord. Toch kon hetgeen dit vijftal jonge muzikanten bracht mij bekoren, ook vooral vanwege het enthousiasme en de flair waarmee ze hun nummers op het publiek loslieten. Alles werd netjes in banen geleidt door de vlot bewegende bassist Senne en heel de band wist waarmee ze bezig waren. Even werden we getrakteerd op een dubbel drumsolo van Jeffrey samen met vader Mark Gijbels ( juist ja, die Mark Gijbels ). En geloof me, zoon moet niet onder doen voor vader, de appel valt niet ver van de boom. Wat show betreft, daar hebben deze jongens en één meisje toch wel goed aan gewerkt, zo mochten we ook even genieten van een subliem stukje basgitaar spelen met drumstokken. Zangeres Lauren beschikt ook over een paar goede stembanden al moet ze toch wat opletten met het uithalen van de hoge noten maar ik ben er van overtuigd dat dàt in de toekomst wel snor komt.
Na de tweede generatie was het nu tijd aan de eerste generatie, althans wat drummers betreft. Want wie bespeeld de potten en pannen bij The Rhythm Bombs? Juist ja, niemand minder dan Mark Gijbels. Deze band nog voorstellen is verloren moeite, ze speelden al zowat op elk podium in België en ver daarbuiten in de 10 jaar dat ze bestaan. In het najaar gaan ze eindelijk een langverwachte nieuwe cd uitbrengen en dat wordt een, volgens mij, live pareltje met ook tal van nieuwe songs. Een optreden van The Rhythm Bombs is telkens weer een feestje op zich en de heren weten perfect hoe dat feestje te delen met het talrijk aanwezige publiek. Shuffle, swing en R & B, deze heren weten met elk genre uit de blueswereld wel hun plan te trekken. Niet verwonderlijk dan ook dat hier een eerste bisnummer op de plaats was.
Als je moet aantreden na een wervelend optreden van The Rhythm Bombs dan weet je als band dat je een moeilijk klus krijgt voorgeschoteld, zou dit de Zweedse heren van Simon Crashley & The Roadmasters ook parten hebben gespeeld? Joost mag het weten, mij kon het plat repertoire van deze 4 heren totaal niet bekoren en ik had eigelijk toch wel heel wat anders verwacht. Ell nummer klonk zowat hetzelfde en de accordeon ging niet diep zoals een accordeon diep hoort te gaan in de blues ( lees cajun,zydeco ). Nummer na nummer zag je dan ook het publiek richting luchtje scheppen gaan en nummer na nummer kreeg elke song nog minder schwung. Ik denk niet dat deze Zweden nog vlug terug naar België worden gehaald.
Maar na regen komt gelukkig weer zonneschijn of na Simon Crashley komt Nico Wayne Toussaint. De man is weer bezig aan een monstertour die hem van Nigeria doorheen Spanje met een tussenstop in België weer naar Frankrijk leidt. Geheel in het wit gekleed komt de Fransoos het podium op alsof hij ons anderhalf uur gaat trachten te bekeren voor wie nog niet bekeerd is. Al meteen stak hij het lont aan het vuur en greep hij een volle tent bij de strot met enkele songs uit zijn laatste cd Southern Wind Blowin’. Via eigen nummers en covers bracht hij ons steeds meer en meer in trance en werd de temperatuur steeds een graadje meer. Zowel Nico als spring in het veld Henri “Rax” Lacour benutte elke vierkante cm op het podium waardoor ze al snel serieus in het zweet stonden. De band trakteerde ons nog op enkele traditionals zoals ‘Just A Fool’ van Little Walter en het vooral van The Bluesbrothers gekende ‘Cheaper To Keep Her’. Te snel was deze sublieme act voorbij en bleef alles nog wat nazinderen dankzij hun bisnummer ‘Hip Shake Babe’.
Even na middernacht mochten The Nimmo Brothers de aftrap van hun (volgens ze zelf beweren ) laatste optreden geven. Als je weet dat deze broertjes, zeg maar gerust broers, uit Schotland komen dan weten de meeste ook meteen uit welk vaatje deze heren hun blues tappen. Blues met een hoog rockgehalte, heel wat pedaaltjes en beiden een Gibsongitaar om de hals. Het werd stomen geblazen,van de eerste tot de laatste seconde gingen beide broers en hun ritmesectie er voor 200% tegenaan. Je houdt van deze muziek of niet, wanneer ik in stemming ben zoals ik was dan kan het mij wel bekoren. Onder het publiek natuurlijk veel kenners waaronder ook tal van Noorderburen tot zelfs ver over de grens. Elke song werd voorzien van vlijmscherpe gitaarsolo’s maar toch zat er in elke song ook wel een dosis gevoel en dat maakt hun songs nu net dat ietsepietsie anders. We hebben de eerste bissers nog weten aanzetten omstreeks 1:30h daarna toch maar besloten richting huiswaarts te keren want we hadden een lange dag achter ons liggen.
Laat ik zeker ook niet vergeten melding te maken van de band die voor de pauzemuziek zorgde, de uit Nederland afkomstige Royal Rags. Tot vier maal toe mochten ze het kleine podium achterin de tent betreden voor +/- 20 minuten om het publiek te entertainen met hun Rockabilly tijdens het opbouwen van de mainstage.
Hookrock 2008 was weer een stap voorwaarts en Ivan en de zijnen mogen zich op de borst kloppen, ze hebben schitterend werk geleverd met deze affiche. Achter de coulisse heb ik vernomen dat er ook weer grootste dingen op touw staan voor editie 2009 maar dat is nog wat ver om nu al naar uit te kijken, eerst moeten we nog tal van andere festivals passeren.
In elk geval bedankt aan de hele organisatie voor het warme onthaal en de uitstekende verzorging.
Meer foto's: Lady Blue
blueswalker
Subscribe to:
Posts (Atom)